zondag 31 mei 2020 / Vrij Nederland /

Tijdschrift / ONDERWIJS

Heerlijk, dat thuisonderwijs, zeggen sommige ouders. Kunnen we daar niet mee doorgaan?

De scholen zijn weer begonnen en menig ouder zal daar blij mee zijn. Al zijn er ook ouders die hun kinderen juist zagen opbloeien met al die lessen aan de keukentafel. Waarom zijn de mogelijkheden voor een-op-een onderwijs zo beperkt?

 

Abby (10) heeft op school al geruime tijd moeite met bepaalde vakken. Voor taal heeft ze regelmatig extra uitleg nodig en ook haar cijfers voor rekenen blijven achter. Haar leraren, maar ook haar moeder Ramona (die haar achternaam liever niet noemt vanwege de privacy van haar dochter), hebben het idee dat ze onder haar kunnen presteert. Maar een duidelijke aanleiding is tot dusver nog niet gevonden. ‘Ik heb geen idee waardoor het komt, en ik heb weinig zicht op wat de school doet om hier een oplossing voor te vinden,’ vertelt Ramona. Al meerdere keren heeft ze hierover contact gehad met de school, en met haar dochter natuurlijk. ‘Op school krijgt Abby op sommige momenten wel extra uitleg, maar dat is maar beperkt tot enkele keren per week en meestal in groepsverband. Dat werkt voor haar niet goed, ze kan zich dan moeilijk concentreren.’


Nu Abby twee maanden thuis les heeft gehad, merkt Ramona duidelijk verschil. ‘Mijn dochter zegt dat ze zich beter kan concentreren want ze wordt niet afgeleid door klasgenootjes, en ik kan haar gerichter begeleiden bij de dingen die ze moeilijk vindt.’ Zo gaat rekenen haar nu een stuk beter af en met extra uitleg levert taal ook minder problemen op. Dit is zo goed bevallen, dat Abby zelf al snel aangaf liever thuis te werken. Daar heeft ze rust, is er geen afleiding en is ze niet geneigd haar eigen werk af te raffelen als ze ziet dat anderen eerder klaar zijn.

Een enthousiaster en energieker kind


Hoewel de meeste kinderen nu halve weken naar school gaan, kan Abby vanwege de coronamaatregelen voorlopig nog fulltime thuis blijven en les krijgen van haar moeder. Hoe lang dit gaat duren, is nog onbekend, maar er zijn ouders die net als Ramona best blij zijn met deze vorm van onderwijs. Ze zien dat hun kind meer floreert bij een-op-een begeleiding en krijgen er een enthousiaster en energieker kind voor terug.


In april werd zelfs een petitie gestart om thuisonderwijs ook mogelijk te maken wanneer je kind al op een school staat ingeschreven. Nu zijn de mogelijkheden om dan nog voor thuisonderwijs te kiezen namelijk beperkt. Alleen als een kind niet in staat is tot voldoende cognitieve ontwikkeling, zowel in het reguliere onderwijs als in speciaal onderwijs, kan het worden vrijgesteld van school en kunnen ouders thuisonderwijs geven. Maar in veel gevallen is dat niet aan de orde, maar kan het wel zo zijn dat een kind thuis beter gedijt met de leerstof dan op school. De petitie is inmiddels bijna tweeduizend keer getekend.

 

Het belang van het kind
Bij de Nederlandse Vereniging voor Thuisonderwijs (NVvTO) herkennen ze deze geluiden. ‘We krijgen bijvoorbeeld meldingen van ouders die zien dat hun kind eindelijk de rust heeft om te leren lezen, wat eerder op school niet goed lukte,’ vertelt Sijbrand Balkema, voorzitter van de NVvTO. ‘Ze willen deze ontwikkeling natuurlijk doorzetten, maar als de school straks weer volledig begint, kunnen ze juridisch bijna niet anders dan hun kind daarheen brengen.’


Het is volgens Balkema moeilijk te zeggen hoeveel ouders momenteel de behoefte hebben hun kind thuis les te geven, omdat het niet de leden van de vereniging betreft. Die geven namelijk al thuis les.
Wettelijk gezien heeft een basisschool de bevoegdheid een leerlingen vrij te stellen van het deelnemen aan bepaalde onderwijsactiviteiten, als het kind bijvoorbeeld door een lichamelijke beperking ergens niet aan mee kan doen. De school bepaalt dan hoe dat vrijgestelde deel op een andere manier wordt ingevuld. In de praktijk weten alleen weinig scholen hier goed invulling aan te geven, aldus de NVvTO.

 

Noodoplossing
‘Er is bij veel scholen aarzeling over deze oplossing,’ erkent Rinda den Besten, voorzitter van de PO-Raad, de sectororganisatie voor het primair onderwijs. ‘De regeling is echt bedoelt voor kinderen die op dit moment niet mee kunnen komen op school, het is een noodoplossing. En scholen zijn het ook niet altijd eens met ouders dat dit beste oplossing is voor het kind. Dat herken ik wel, maar je zult het wel in gezamenlijkheid moeten doen. Kinderen in Nederland hebben nu eenmaal leerplicht en scholen worden kritisch gevolgd om zich hier zoveel mogelijk aan te houden.’

 

Rond de vijfduizend kinderen zitten thuis omdat ze bijvoorbeeld niet meekomen of gepest worden. Ze zijn niet vrijgesteld voor school, maar ontvangen ook geen onderwijs

 

Uit de Rapportage Leerplichtwet G-gemeenten 2018-2019 blijkt dat ruim duizend kinderen zijn vrijgesteld van de leerplichtwet omdat hun ouders, voordat hun kind 5 jaar en leerplichtig werd, aangaven richtingsbezwaar te hebben. Dat kan wanneer er in de nabije omgeving van het gezin geen school is van de religieuze stroming of levensovertuiging die het gezin aanhangt. Meestal krijgen deze kinderen thuisonderwijs van hun ouders. Ruim zesduizend kinderen zijn vrijgesteld van school vanwege zware lichamelijke of psychische beperking, en bijna negenduizend kinderen zijn vrijgesteld omdat ze in het buitenland op een school staan ingeschreven.


Rond de vijfduizend kinderen zitten echter langer dan drie maanden thuis om andere redenen, bijvoorbeeld omdat ze niet meekomen of gepest worden. Ze zijn niet vrijgesteld voor school, maar ontvangen ook geen onderwijs. Onlangs stemde de Tweede Kamer unaniem voor een motie die ervoor moet zorgen dat de opgedane ervaring met afstandsonderwijs tijdens deze coronaperiode, wordt ingezet om het probleem van deze thuiszitters aan te pakken. Minister Arie Slob van Onderwijs, wil de mogelijkheden voor deze groep in kaart brengen.

‘Afstandsonderwijs onder regie van de school, gestructureerd via een methode, levert veel meer op dan we een paar maanden geleden dachten.’

 

Ook PO-Raad wil de met afstandsonderwijs opgedane ervaring niet laten varen. ‘Afstandsonderwijs onder regie van de school, gestructureerd via een methode, levert veel meer op dan we een paar maanden geleden dachten,’ stelt Den Besten. Hoewel er nog wordt onderzocht of kinderen in het primair onderwijs de afgelopen maanden een achterstand hebben opgelopen, vindt de PO-Raad het de moeite waard om te kijken wat er van deze ervaringen geleerd kan worden. ‘Bijvoorbeeld dat je het inzet als een kind dreigt uit te vallen, om welke reden dan ook. Maar het zou altijd om een tijdelijke oplossing gaan. De school heeft ook een heel belangrijke sociale component, namelijk het leren omgaan met elkaar. Je leren concentreren met anderen om je heen is daar ook een onderdeel van.’

 

Tekort gedaan
Emeritus hoogleraar onderwijskunde Sjoerd Karsten krijgt momenteel veel ouders in zijn mailbox die vragen hoe ze met de school kunnen regelen dat ze zelf meer les mogen geven. ‘Vroeger zag je dat de ouders die voor thuisonderwijs kozen, waarbij de ouder de leerweg helemaal zelf invult, zonder invloed van een school, dit deden vanuit religieuze motivatie. Nu zie je steeds vaker dat ouders ook naar thuisonderwijs of afstandsonderwijs kijken omdat ze zien dat hun kind op school tekort wordt gedaan.’

 

Het grote gevaar van een flexibeler beleid als het gaat om thuisonderwijs of afstandsonderwijs, is dat het segregatie in de hand werkt.

 

Het grote gevaar van een flexibeler beleid als het gaat om thuisonderwijs of afstandsonderwijs, is dat het segregatie in de hand werkt. Ouders met een migratieachtergrond, alleenstaanden of ouders met een laag inkomen hebben vaak niet de mogelijkheid hun kind thuis met schoolwerk te begeleiden. Dat ziet ook Abdelhamid Idrissi, voorzitter en oprichter van Stichting Studiezalen, een organisatie die huiswerkbegeleiding en coaching aanbiedt aan kinderen uit kwetsbare gezinnen in Amsterdam. Voor de coronacrisis begeleidde de stichting zevenhonderd kinderen op 26 locaties in de stad, en stonden er zo’n duizend kinderen op de wachtlijst. Dat aantal zal alleen maar verder toenemen, verwacht Idrissi.

 

‘Kinderen van welgestelde ouders zullen in deze periode misschien excelleren, maar de kinderen die het al moeilijk hadden krijgen het alleen maar moeilijker.’

 

‘Toen de coronacrisis begon en de kinderen niet meer langs konden komen, zijn we iedereen regelmatig gaan bellen om te vragen hoe het gaat,’ vertelt Idrissi. ‘Eerst kregen we antwoorden als: “Het gaat goed, we hebben niks nodig.” Maar toen we vroegen of ze andere mensen kenden die hulp nodig hadden, stonden onze telefoons opeens roodgloeiend. Kinderen die huiswerk op hun mobieltje maken omdat ze thuis geen internet hebben of omdat er geen laptop is.’
De stichting is toen gaan helpen daar oplossingen voor te vinden. Idrissi stelt dat die ongelijkheid alleen maar groter wordt als er meer mogelijkheden voor thuis- en afstandsonderwijs komen. ‘Kinderen van welgestelde ouders zullen in deze periode misschien excelleren, maar de kinderen die het al moeilijk hadden krijgen het alleen maar moeilijker.’

 

Keurmerk Thuisonderwijs
Volgens emeritus hoogleraar Karsten is dat gevaar van segregatie op te lossen met initiatieven als die van Stichting Studiezalen of andere huiswerkklassen waarbij vrijwilligers, vwo’ers of studenten de kinderen extra begeleiden die vanuit huis die begeleiding niet kunnen ontvangen. ‘Dan creëer je ook een bepaald soort solidariteit ten opzichte van bevoorrechte kinderen.’


Idrissi van Stichting Studiezalen voegt hier wel aan toe dat het niet gaat om huiswerkbegeleiding alleen. ‘Je moet eerst vertrouwen kweken en weten wat er achter de voordeur gebeurt. Pas dan begrijp je waarom een kind bepaalde begeleiding mist, of waarom het gestrest is en niet goed slaapt. Op basis daarvan kun je het de juiste begeleiding bieden.’

‘Twee maanden thuis lesgeven, zoals nu is gebeurd, is heel iets anders dan dit de gehele basisschoolperiode vol te houden. Bedenk je dus goed: wat heb je ervoor over?’

 

Een waarschuwing voor ouders die nu serieus kijken naar de weinige opties voor afstands- of thuisonderwijs, is volgens Karsten wel op z’n plaats. Samen met collega-onderzoeker Henk Blok richtte hij Stichting Keurmerk Thuisonderwijs op om certificaten uit te kunnen delen wanneer het thuisonderwijs bij een gezin op peil is. Karstens: ‘We zien vaak dat ouders voor één jaar wel een leerplan kunnen maken, maar niet voor drie jaar. Twee maanden thuis lesgeven, zoals nu is gebeurd, is heel iets anders dan dit de gehele basisschoolperiode vol te houden. Bedenk je dus goed: wat heb je ervoor over?’

 

Dit artikel verscheen eerder in Vrij Nederland